CD INFORMATION  
ROOTSVILLE CD REVIEW by witteMVS

PAUL REDDICK (Can)
Sugar Bird

01  Morning Bell 
02  I Will Vanish 
03  Devilment 
04  Blue Wings 
05  John Lennon in New Orleans 
06  It's Later Than You Think 
07  Breathless Girls 
08  Wishing Song 
09  Every Temptation 
10  Climbing Up the Hill 
11  If by This 
12  Block of Wood

Bij het aanschouwen van het hoesje van deze CD van Paul Reddick, bekroop het koude angstzweet mijn hele lijf. Deze retro, pseudo-wetenschappelijke natuurtekeningen vindt men terug in geïllustreerde magazines en boeken van rond twee eeuw-wisselingen geleden, zegge en schrijve, van 1899 naar 1900. Ze zijn nu weer helemaal terug voor de versiering van de ceedeeboxjes van het zeemzoeterige folksegment en new world muziek, wat dat dan ook moge zijn. En tevens vindt men ze ook met zeer grote regelmaat op blikken koekendoezen.
Neuzend en struinend in ’s winkels CD-bakken zou dit schijfje aldus zeer snel door mijn taxerende vingers zijn doorverwezen naar de eeuwige vergetelheid van mijn persoonlijke muziekwereldje. Als ik het echter krijg doorgestuurd ter beoordeling, of liever ter recensering van de inhoud, ben ik verplicht ernaar te luisteren. En ten gronde, want ik zou het mezelf nooit vergeven onjuiste informatie te verschaffen over één of ander, zelfs al is die informatie noodzakelijkerwijs subjectief, want we spreken over smaken en kleuren, nietwaar ?

Gelukkig blijkt al van het eerste nummer van “Sugar Bird” dat mijn vrees ongegrond was. “Morning Bell” maakt je wel degelijk wakker en doet je nieuwsgierig naar het hoesje teruggrijpen om tussen die landerige colibri’s naar de liner notes te zoeken. En inderdaad, die slide gitaar die ik meende te herkennen is wel degelijk van Colin Linden, één van de meest inventieve hedendaagse Canadese bluesmen. En nu komt het. Colin is niet alleen als gitarist actief op deze CD, maar is tevens de producer van de schijf. Hij is de schrijver van twee van zijn songs en co-writer van de tien overige. Hij speelt alle mogelijke snaarinstrumenten en giet de songs in vorm, terwijl de poëet Reddick voor de lyrics zorgt, zingt en harmonica speelt.

In 1990 richt Paul Reddick in Toronto de bluesband The Sidemen op en toert door Canada en de Verenigde Staten. Ze maken een drietal CD’s, en in 2001 verschijnt het fameuze “Rattlebag”, de eerste bij NorthernBlues, voor het eerst geproduceerd door Colin Linden en goed voor verschillende belangrijke nominaties, zoals de W.C. Handy Awards, de Juno Award en de Maple Blues Awards. Paul zelf werd in 2002 Songwriter of the Year uitgeroepen.

Zijn tweede, “Villanelle”, gaat ook de Awards-toer op. Als producer is ook weer Colin Linden van de partij, die naast zijn solocarrière en zijn werk als sideman-bandleader van Emmylou Harris, nog tijd genoeg over heeft om voor Paul te zorgen.
In 2006 verscheen “Revue”, een soort van ‘The Best of…’ van zijn vroegere albums en enkele voorheen nooit uitgebrachte nummers.

En dan nu “Sugarbird”, het meest persoonlijke werkstuk van Reddick en Linden.
Het album, evenals de songs, ontstond in vier opnamesessies van elk drie songs, en bij elke sessie een andere bezetting, met Reddick en Linden als spilfiguren uiteraard. De songs vertalen een onstuimig verlangen in “It’s Later Than You Think”, of koesteren een hoopvolle liefde in “Wishing Song” en “Every Temptation”. Instinctieve blues krijgen we in “Devilment” en  “Block of Wood”, of nog het genot van de pure verbeelding in “John Lennon in New Orleans”.
Breathless Girls” en “Blue Wings” zijn uitingen van een smachtende hunkering naar onbereikbare schoonheid, in bijna tastbare poëzie verpakt en vergezeld van een exotische muzikale omlijsting.

De deelnemende muzikanten zijn ook niet van de minste. Al naar gelang de locatie van de sessie (Toronto, Nashville, Woodstock of Los Angeles) zien we andere namen op de personeelslijst verschijnen. Hutch Hutchinson, Bonnie Raitt’s bassist en Bryan Owings, drummer voor Emmylou Harris. Elders krijgen we dan weer de ritmesectie van Blackie & The Rodeo Kings, Gary Craig, drums, en John Dymond,
Bass. Of nog bassist Dave Roe van Dwight Yoakam's band, die nog twaalf jaar dienst deed bij Johnny Cash voordien.

“Morning Bell”, “Wishing Song” en “Climbing Up the Hill” zijn de drie songs die ik prefereer en laat dat nu net de minst ‘aangeklede’ songs zijn, met Paul Reddick, zang en mondharmonica, Colin Linden op twaalfsnarige gitaar en National Steel en, last but not least, Garth Hudson op accordion. Je weet wel…die van The Band. Méér moet dat niet zijn.

Een prachtig albummetje levert Paul Reddick ons hiermee af. En Colin Linden, want het had eigenlijk net zo goed “Sugar Bird” van Reddick and Linden kunnen noemen. Of had de laatste het ook zo moeilijk met de verpakking. Toegegeven toch…? Kijk maar eens hiernaast. Opletten dus, heren artiesten, met die hoesjes want ze zijn en blijven het eerste contact en zoals je weet … de vlag dekt de lading enz… met die stelling in het achterhoofd…

Paul vindt zichzelf geen poëet, en nog minder een muzikant. Hij bedenkt zijn songs terwijl hij zijn beroep uitoefent, Hondenwandelaar ! Hij laat de honden uit van zij die daar geen tijd of zin voor hebben. Waarbij ik mij de vraag stel waarom ze dan überhaupt honden houden. Maar dat is het onderwerp voor een diepzinnig debat aan de toog.

 

witteMVS

INFO ARTIST
website
RECORD LABEL
NORTHERNBLUES MUSIC
website
PROMOTION & DISTRIBUTION

PARSIFAL
website